11 februari 2020

Saint Aubin 1°Cru Clos du Meix 2018, Joseph Colin

De kwaliteit van witte wijnen ging enorm vooruit door de techniek : zo snel mogelijk persen van de druiven na de pluk, zo zacht mogelijk persen ook (liefst met een pneumatische pers), zo weinig mogelijk contact met de lucht,  bescherming van de most tegen oxidatie door toevoeging van sulfiet, een doorgedreven voorklaring om een zo zuiver mogelijk most te verkrijgen,  een snelle start van de gisting (vaak door toevoeging van ‘gist uit een pakje’)  zodat de most geen tijd krijgt om te oxideren, gisting aan gecontroleerde en eerder koele temperaturen om fruit en aroma’s te optimaliseren, klaring en filtering om de wijn helder te maken. 

Joseph Colin vergeet bewust dit moderne recept en maakt zijn wijnen volgens ‘old school’ of ‘minimal intervention’ methodes. Zoals de toenmalige grootmeester René Lafon het treffend kon verwoorden : “Il faut avoir le courage de rien faire”.   Niets of toch weinig :  de druiven worden geperst en gaan zonder voorklaring en zonder toevoeging van sulfiet in de vaten en dan wacht men tot de gisting spontaan op gang komt (zonder toevoeging van gisten).  De wijn gist dan op vat (15-20% nieuwe eik) zonder temperatuurcontrole, blijft op zijn droesem zitten zonder bâtonnage (omroeren van de droesem).  Enkel de vaten regelmatig wat bijvullen (ouillage) en dan op het einde de wijn van de droesem halen en een beetje sulfiet toevoegen net voor de botteling.  Klaar is kees !

De oenologen zouden al beginnen stressen vanaf het moment dat het onbeschermde druivensap bruin begint te kleuren in contact met de lucht : daar gaat onze wijn !  Het wonder is echter dat de geoxideerde elementen later neervallen of door de ‘zuurstof- etende’ gisten opgeruimd worden.  De troebele bruine most klaart helemaal op en krijgt een heldere kleur en een zuivere smaak.  John Kongsgaard , één van de beste Chardonnay wijnmakers van Californië (die we nog ingevoerd hebben tot de wijnen onbetaalbaar werden), noemt dit proces ‘Death and Resurrection’.   Je moet erop vertrouwen dat na wat er uitziet als de dood van de wijn, later de glorieuze verrijzenis komt.  De bonus is dat ‘wat oxideert in het sap niet meer oxideert op fles’.   Er is een reden waarom de witte Bourgognes die op traditionele robuuste wijze gemaakt werden beter bestand bleken te zijn tegen de zogenaamde ‘voortijdige oxidatie’ (premox) dan de tere kasplantjes van héél zachte persing en sterke voorklaring. Noem het een vorm van “what doesn’t kill you makes you stronger”.

Zo kan iedereen wijn maken zou je denken. Gewoon wat druivensap in een vat doen en wachten tot de wijn klaar is.  Maar dan ken je de psyche van de mens niet. Het is juist héél moeilijk om NIETS te doen.  Iemand die een topresultaat nastreeft wil van alles DOEN om het gevoel te krijgen dat hij controle heeft over de dingen.  Is 'DOE IETS' niet de leuze van onze moderne maatschappij ?  In een artikel over Warren Buffett, blijkbaar de meest succesvolle investeerder aller tijden, viel mij het eigenaardige compliment op van zijn vriend en mede-investeerder Charlie Munger : "Warren is very good at doing nothing" Of met de woorden van Buffett zelf : “The trick is, when there is nothing to do, do nothing”. Bijna elke andere investeerder die op een berg cash van 130 miljard dollar zit zou van alles gaan kopen (aan overgewaardeerde prijzen). Wie heeft het jarenlange geduld om te wachten tot de juiste investering zich aandient ? ‘Le courage de rien faire’ inderdaad.

Maar evengoed kun je stellen dat het voornaamste werk eigenlijk al gebeurd was. Veel werk in de wijngaard, weinig werk in de kelder.   Alleen met prachtige, gezonde en geconcentreerde druiven kun je het natuurlijke proces zijn gang laten gaan. Joseph Colin is daar ook pragmatisch in : indien de druiven aangetast zouden zijn door botrytis bvb. zou hij wel sulfiet gebruiken in het begin.  Niets doen als het kan, ingrijpen als het moet. Het verschil met de rijke en vette witte Bourgognes van weleer is wel de frisheid en de spanning (la tension) die men zoekt.   In 2018, een warm en rijp jaar, begon Joseph Colin te plukken op 26 augustus en eindigde op 20 september.  Het juiste plukmoment is cruciaal en verschilt van perceel tot perceel.   In de wijnen voel je dan ook die ‘juiste’ rijpheid (niet te weinig en niet teveel). 

Van de vier kinderen van Marc Colin vertrok eerst Pierre-Yves om een eigen domein op te richten (Pierre-Yves Colin Morey). Met de jaargang 2017 vertrok ook Joseph om zijn eigen ding te doen (Damien en Caroline blijven of het familiale domein Marc Colin). Je kunt het jammer vinden dat een familiaal domein zo opgesplitst geraakt maar als je ziet hoe de bescheiden Joseph nu vol vuur en vlam zijn talenten laat openbloeien dan versta je de stap naar vrijheid en onafhankelijkheid.  Van de Aligoté over de Bourgogne Blanc naar de Saint Aubin, Puligny en Chassagne wijnen :  alles wordt met de grootste zorg gemaakt (of moeten we ‘begeleid’ zeggen wanneer er zo weinig ‘maken’ aan te pas komt).  Het hart van het domein blijft evenwel in Saint Aubin liggen.  Met de Compendium cuvée  (7 percelen op verschillende hoogtes, exposities,…) krijg je een perfecte foto van het dorpje Saint Aubin. Met de Premier Cru En Remilly (op een boogscheut van Montrachet) bereik je het summum van Saint Aubin.  Tussenin zit de Premier Cru Clos du Meix.   Clos du Meix is een kleine ‘lieu-dit’ die deel uitmaakt van de Premier Cru ‘climat’  Le Village  (de fascinerende of frustrerende complexiteit van Bourgogne, naar gelang je passie voor de streek). Het wijnmaakproces is dan misschien Old School maar de stijl van de wijn kan niet preciezer zijn.  De mineraliteit komt als bronwater opborrelen en je kunt de kalk bijna proeven.  De druif Chardonnay offert zich op zodat de terroir tot leven kan komen.

Schrijf u in op onze nieuwsbrief